Levenskunst

Het valt lang niet altijd mee, het leven. Het is een hele kunst om niet alleen te “overleven”, maar het leven mooi te maken ondanks de nare dingen die er tegelijk zijn. Het leven leert ons en we kunnen ook leren van de levenskunst van anderen. Zo kunnen we dan “ineens” ontdekken wat we eigenlijk ten diepste wensten, maar niet eerder durfden. Ik neem je mee in het proces van Reinhard, die een ernstige ziekte kreeg.

De “oude” jou loslaten

Als een ernstige ziekte zoals kanker je leven op zijn kop zet, kun je ervaren dat – ook al zijn de behandelingen “klaar” – je niet zonder meer “de oude” kan worden. Hoewel gelukkig veel mensen wel kunnen terugkeren naar werk, zorgen de fysieke en mentale impact van ziekte en behandelingen er soms voor dat werken niet meer mogelijk is, ook al wil je nog zo graag. Na verlies van gezondheid verlies je dan ook nog je baan, je collega’s en bijbehorende sociale contacten, een (soms groot) deel van je financiële zekerheid en wat al niet meer. Niet zelden ben je onderweg ook vrienden kwijt geraakt en soms zelfs je partner.

Hoe zou jij daarop reageren? Boosheid, verdriet, paniek, schuldgevoel, vechten of negeren, verzet … allemaal heel normale reacties. En wat dan? Hoe moet het nu verder? Wie ben je dan, zonder je werk? Wat ga je dan doen? Wat is dan de zin van jouw verdere leven en je bestaan?

Op zoek naar de “nieuwe jou”

Als al je oude “zekerheden” wegvallen, raakt dat je diep in je kern. Het is niet makkelijk om daar in je eentje mee om te gaan. Oude manieren om met stress en ongemak om te gaan, werken bovendien vaak niet meer of zijn niet goed vol te houden. Ziekte dwingt je om jezelf en je leven als het ware opnieuw uitvinden, om de confrontatie met de pijn (met allerlei emoties van dien) aan te gaan om te kunnen “rouwen” en dat wat niet meer goed “werkt” voor jou los te kunnen laten.

0. Ontdekken en ont-wikkelen

Met Reinhard mocht ik een ontdekkingstocht maken, die ik met zijn permissie met je mag delen. Misschien roept het ook wel herkenning bij jou op en kun je er iets mee. We begonnen met de landkaart van zijn leven. De kaart die een metafoor is voor hoe zijn leven er op dat moment uitziet. Het is een middel om met elkaar in gesprek te gaan over hoe je “in elkaar” zit, wat je belangrijk vindt om na te streven en hoe je je hebt ontwikkeld. Een mooi vertrekpunt om samen op reis te gaan.

1. Wie hij was en lange tijd “moest” zijn

Groot(s) was hij en hij regeerde vanuit de provincie Kaldo. Jarenlang wist hij in leidinggevende functies dingen voor elkaar te boksen. Als er problemen waren, hij wist wel de oplossing en regelde het wel, functioneel, praktisch en besluitvaardig als hij was. Hij had de touwtjes goed in handen en had bovendien een goed verhaal. En hij wist dingen met zijn actiegerichtheid, betrokkenheid en humor voor elkaar te krijgen. Dat kon hij ook goed voor anderen inzetten, zwakkeren die hij graag beschermde. Sterk, krachtig sturend, ideeënrijk en overtuigend: Zo werd hij gewaardeerd en zo werd er en wordt er nog steeds ook voortdurend een appèl op hem gedaan. En dat maakt veranderen extra moeilijk.

2. Als het masker mag “smelten”

Door de tekening kwam hij erachter dat het ijs dat van het “grijze gebergte” zich uitstrekte naar de zee aan het smelten was. Het verloor terrein, want het kostte inmiddels te veel energie om dit gebied te blijven bezetten. De ziekte dwong hem om de (behoefte aan) controle en grip los te laten. Iets waar we in coaching verder aan gewerkt hebben. Daarbij hebben we o.a. gebruik gemaakt van inzichten uit het model van de innerlijke en uiterlijke lijn, het enneagram, typespecifieke bewustwordings- en loslaat-oefeningen.

Juist door dit (aanvankelijk gedwongen) loslaten, kwamen er van onder de bedekking delen te voorschijn die eigenlijk van grote waarde bleken. De fixatie op (controle van de) “de zee van de ander” werd minder en er kwam meer ruimte voor “de kust van passie”, passie die ook een andere vorm, inhoud en richting bleek te hebben gekregen. De passie was “zachter” geworden, naar hemzelf en naar de ander. Het pantser rond het hart mocht open.

3. De Pelgrimsreis die al bleek te zijn begonnen

Daar ontdekten we “Santiago van Dromen”, een herinnering aan zijn al lang bestaande verlangen naar het lopen van de pelgrimsroute naar Santiago de Compostella die weer boven was gekomen. “Daar zal het nu niet meer van komen”, zei hij nog. Echter, de reis die hij nu begonnen was, bleek eigenlijk ook wel een Pelgrimsreis te zijn, een reis naar zingeving en nieuwe betekenis kunnen geven aan zijn bestaan. We spraken daarover, waardoor hij steeds beter kon zien wat de reis hem bracht en contact kon maken met de “zee van stilte”, de innerlijke rust die voor hem lag. Iets waar hij ten diepste al lang naar verlangde, maar wat hij door zijn behoefte aan controle en grip juist maar niet kon vinden.

4. Veilig is maar “eenzaam”

Het “lastige gebergte” in het Noorden bleek een mooie bescherming te bieden. Het hielp opnieuw gekwetst te worden door anderen, pijn die hem in het verleden zo diep geraakt heeft. Het symboliseerde een goede overleefstrategie die lange tijd heel belangrijk was. Maar achter dat gebergte lag ook een gebied waar een stil verlangen naar uitging. De bescherming bood weliswaar veiligheid, maar ook ongewenste afstand tot voor hem toch belangrijke anderen. Verbinding die er hoe dan ook wel was, maar die wederzijds werd “ontkend”.

Er was echter een kleine doorgang. In de coaching hebben we besproken of het de moeite waard zou kunnen zijn dat paadje te gaan bewandelen en hoe hij dat zou kunnen aanpakken, stapje voor stapje. Zo zijn oude relaties en bindingen inmiddels voor een deel weer hersteld en geheeld.

5. Laten stromen: Groei en verbinding

Ondertussen smelt de ijskap verder en stroomt vanuit de bergen een rivier, die aanvankelijk uitmondt in een “meer van verdriet”, maar later transformeert in “de rivier van samen”, die “het land van samen en van geluk” bevloeit. Door zich te laten raken en bij pijn aanwezig te leren blijven, kon er een andere Reinhard tevoorschijn komen, omdat hij leerde te zien dat de oude patronen en gewoonten in veel situaties al lang niet meer functioneel waren en hij leerde de behoefte aan deze patronen en de identificatie met zijn oude “rollen” los te laten. Hij ontdekte de waarde van afwachten en achterover leunen, dingen te laten stromen in plaats van te beheersen. Zo konden er nieuwe vruchtbare dingen gaan groeien en ontstonden er betere verbindingen met andere delen in zijn “landkaart”.

6. Het opkomen van de essentie

Zo kwamen gaandeweg zijn lang “bedekte” kwaliteiten weer te voorschijn. De stroom van de rivier bevloeit de vruchtbare grond rondom. Zijn ideeën kunnen dus vruchtbare grond bij anderen vinden. Hij ontdekte dat hij ook de mogelijkheid in zich had iemand te zijn die met (meer) sensitiviteit, creativiteit, die vanuit een rustige geaardheid veel kon betekenen en van waarde kon zijn. Soms gewoon door naast iemand te gaan zitten, te luisteren. En dan met wijsheid en gevoel op het juiste moment wat zeggen of doen. Wel ideeën hebben, maar dan de uitvoering aan anderen over laten.

In vertrouwen aan het leven “overgeven”

Het grijze gebied is te vergelijken met het ego, dat door bewustwording nu minder ruimte inneemt. Het ziekteproces brengt “noodzakelijk verlies” (Judith Viorst schreef hier een boek over) met zich mee, dat tranen veroorzaakt. Ook al is dat lastig, als je het aan gaat, kun je onder dat gevoel en die pijn ook nieuw geluk en nieuwe zin(geving) leren ontdekken en je “overgeven” aan het leven in plaats van ertegen “vechten”. Hij besloot met woorden van Tolle (zie hierna) en zijn eigen woorden van dank, omdat hij (ik quote) “door dit proces kan stoppen met wanhopig zoeken. Het vindt hem wel …”

Het goede vinden in de pijn

Gedwongen door ziekte, begon Reinhard een transformatieproces, dat hij afsloot met de voor hém wezenlijke kern in de woorden van Eckhart Tolle: “Leren stil te zijn en je focussen op dat ene moment waar toekomst en verleden ons niet afhouden van wie we werkelijk zijn”. Leren loslaten, aanvaarden en genieten van wat is.

Het verwoordt in zekere zin ook, dat als we ophouden met (onbewust) vechten, vluchten en verstoppen, er onverwacht mooie dingen kunnen gebeuren.

We sluiten af met een creatieve schrijfopdracht, die helpt om het in gang gezette transformatieproces te versterken en te herhalen en de moeiteloze kracht van de essentie te her-inneren (= weer meer eigen maken; het was er al die tijd al, maar je was het contact ermee verloren).

Op het bankje bij de vuurtoren

De Pelgrim gaat verder, maar hij weet zijn rust te vinden aan het einde van de rivier. Hij “weet” nu zijn waarde die niet meer hoeft te worden bewezen. Hij houdt verbinding, is beschikbaar, maar geeft anderen ruimte. Dat geeft anderen ook ruimte om zelf te leren. De Verhalenverteller is getransformeerd en heeft de juiste “maat” gevonden en mag dat nu doen vanuit een zekere innerlijke rust en gelijkwaardigheid. Je vindt hem op het bankje voor de vuurtoren, waar hij zijn wijsheid en idealen kan delen, óf niet. Dan is hij er gewoon. Kijkt en luistert. Een fijne man.

Dank je dat ik een stukje met je mee mocht reizen, Reinhard. Ik wens je veel geluk en vertrouwen op de verdere tocht.

Dit blog is gebaseerd op een coachingstraject en opgeschreven met enige vrijheid van de schrjver. De methodiek wordt gebruikt in individuele coaching en in trainingen, zoals de training “levenskracht”.

Lente! Geniet jij er ook zo van? Tijd van nieuw leven, een “schoon” leven, vol frisse kleuren, energie en levensgeluk. Wie is er nu een betere brenger van levensgeluk dan type 7? Na blogs over type 4 en type 1 is het nu dus hoogste tijd voor een blog over deze 3e brenger van schoonheid in de wereld.

Het is de tijd van herrijzenis van de natuur, na de rust en bezinning van de winter. Vast niet toevallig de tijd waarin Jezus stierf, om daarna te herrijzen om “Het Licht” te brengen. Met ons eigen “Licht” kunnen we soms ineens in contact komen door situaties die uitzonderlijk zwaar zijn, zoals het verlies van een geliefde,  een ongeluk of levensbedreigende ziekte. Als we de “schil” van onze persoonlijkheid af moeten leggen, omdat we dat gewoonweg niet volhouden, dan kunnen we ineens ervaren dat we “geschenken” ontvangen, die we ervoor nooit gezien hadden. En ervaren wat er echt toe doet.

Ontdekken van nieuw geluk

“Wat heb ik mezelf toch al die tijd aangedaan”, zoals Abby, één van mijn klanten, pas zei. Als sociale Zeven had ze altijd erg hard gewerkt om haar sociale ideaal te realiseren, een droom die in de kindertijd eigenlijk al vorm had gekregen. Door een ernstige ziekte kon ze dat werk niet meer doen, maar juist omdat ze niet meer zo hard werkte en niet meer zo sterk hoefde te zijn, was ze veel gelijkwaardiger aan en opener voor anderen geworden en kon ze ineens heel mooie gesprekken met mensen hebben over wezenlijke dingen. Zo kon ze ervaren dat de ziekte haar ook iets moois had gebracht: Veel meer rust en verbinding.

Zij realiseerde zich dat het nu anders kan en dat ze dat ook echt wil. Toch valt het niet mee om ons nieuw ontdekte zelf in de wereld te blijven zetten. Voor dat we het in de gaten hebben, vervallen we weer in de oude gedragspatronen waar we aan gehecht zijn. Daarover later.

type 7 en relaties

Met Ernst had ik een gesprek over hoe het hem maar niet lukt om een leuke relatie met iemand op te bouwen. En hoe hij gelukkig “doet”, maar het niet is. Veel van die vrouwen vielen op hem omdat hij zo’n energieke levensgenieter is. Hij houdt van lekker koken, samen eten, muziek maken, een intens leven. Daar doet hij ook wel echt zijn best voor. Maar dan zitten mensen toch ineens te zeuren … Dan kan hij best even uit zijn slof schieten. Het is echt vervelend als mensen zijn inspanningen (opofferingen) niet waarderen. Anderen vinden hem dan afstandelijk en egocentrisch.

Zijn dames zijn meestal apart, bijzonder, valt op. Dat zoekt hij ook op, want saaiheid mijdt hij. Maar gaande weg voelt hij zich in de relatie niet prettig, vanwege de emotionele instabiliteit, iedere keer enorm geclaimd of emotioneel gemanipuleerd. Dan heeft hij steeds meer behoefte aan afstand en vluchten. Uiteindelijk wordt het dan weer niets, want hij kan niet op haar vertrouwen en zelf is hij – bij nader inzien – ook niet zo betrouwbaar in bepaalde aspecten.

Verlangen naar compensatie

We kwamen erop dat we onbewust vaak op zoek zijn naar compensatie voor iets wat we in onze kindertijd niet hebben ontvangen. Zevens zijn onverbonden met de koesterende figuur. Dat herkende hij wel. Hij vertelde dat hij als klein kind al ervoer dat zijn moeder geen veilige en consistente bron van koestering en steun was. Niet dat ze een slechte moeder was, maar ze moest best hard werken en hij kon er niet op rekenen van haar te krijgen wat hij nodig had. Hij kon zich niet herinneren bij haar op schoot te mogen zitten en voor momenten voor een knuffel, aandacht, in bed gestopt worden was lang niet altijd tijd. Eigenlijk zoekt hij in relaties dus de (stabiele!) liefde en aandacht die er van zijn moeder niet was. Tijd dus om die pijn te verwerken, zodat je afscheid kunt nemen van (de gehechtheid aan) die frustratie.

Ongelukkig door pijnvermijding

Onmatigheid, de passie of emotionele drijfveer, speelt een grote rol in de manier hoe Zevens zichzelf minder gelukkig kunnen maken.

  • De zelfbehoud-Zeven is onmatig in zijn zoektocht naar plezier, kansen en een netwerk van bondgenoten.
  • In de sociale Zeven (countertype) uit dit zich meer in anti-onmatigheid, als verlangen als goed gezien te willen worden vanwege hun opoffering en lijkt dus op type 2, maar is toch meer gericht op beleving van eigen behoeften.
  • In het seksuele instinct van Zeven uit zich dit in een onmatige behoefte aan een veelheid van verbeelding, het verfraaien van de realiteit, fantasieën over de relatie, maar ook de moeite die ze hebben om te komen tot een diep, langdurig contact met één persoon.

Onmatigheid en rationaliseren is hun manier om hun angst voor pijn en deprivatie, zich geen deel te voelen van de groep of het gezin en er niet in te passen te maskeren en zich er tegen te verdedigen. Dit wordt zichtbaar in de (ogenschijnlijke) gezelligheid, optimisme en vele interesses en de gruwelijke hekel die ze hebben aan beperking en onaangenaamheden. Het is ook een poging om het kindverlangen naar geluk te realiseren. Helaas is het zo dat hoe harder de Zeven achter zijn geluk aanrent, hoe minder gelukkig hij of zij wordt. Hij wordt steeds rationeler, onverzadigbaarder, rustelozer en grilliger.

Geluk leren zien in het gewone

Wanneer de Zeven innerlijk kan beseffen dat hij vlucht voor de realiteit, kan hij zich oefenen in het bij diepere gevoelens blijven, ook al zijn ze niet altijd positief. Verdriet, boosheid en angst hebben immers veel belangrijke informatie over dat wat voor jou belangrijk is, over relaties met diepere connectie, en over de “volheid” van de zin van ons leven. Dan wordt concentreren, beperking en commitment makkelijker. Door deze completere verbinding met het hartcentrum kan de Zeven steeds meer het Goddelijke in het gewone en aardse leren herkennen en is geluk overal.

Het is voor Zevens heel moeilijk te erkennen en voelen dat ze worden voortgejaagd door een gevoel van schaarste, maar hoe meer ze in staat zijn dit te zien en het weg gedrukte kind-deel van zichzelf – dat behoefte heeft aan observeren, zich terug te trekken, vrekkig te zijn – niet te veroordelen, hoe meer de neiging tot gierigheid en isolement zal transformeren (en dan popt het ook niet af en toe op een onverwacht moment op, als je jezelf even niet “in bedwang” hebt). In het bijzonder het gevoel een afzonderlijke entiteit te zijn. Dan zal hij zich steeds meer voelen als onderdeel van het Geheel.

Transformatie door integratie op diep niveau

Voor werkelijke transformatie is het nodig om onder ogen te zien hoe ons gedragspatronen zijn ontstaan én hoe en waarom dat nog steeds doorwerkt in ons dagelijks bestaan. Dat betekent dat we beetje bij beetje moeten doen, waar we het meest bang voor zijn: Dat deel van onszelf dat er in onze kindertijd niet mocht zijn en de oorzaken ervan, onder ogen durven komen, zodat we onszelf toestaan dat deel niet meer te belemmeren, zodat het weer te ontwikkelen.

We noemen het wel de “kleine dood” (of het ravijn) in, zie ook “bang voor het donker, wie is het niet”. Zodat we ons bewust worden van onze kind-ziel en die kunnen integreren. In plaats van onze kind-ziel aan de kant te schuiven – en eveneens alle mensen die ons herinneren aan dit deel van onszelf – moet onze kind-ziel worden omarmd en geaccepteerd, aandacht en liefdevolle leiding krijgen, zodat ze zich weer kan ontvouwen en ontwikkelen. Ze heeft “holding” nodig, die ze als kind niet heeft gehad, en die we haar nu alleen zelf nog kunnen geven.

Met heel ons hart

Omdat de kind-ziel een deel van ons is dat in de duisternis is weggestopt, is het vaak verwrongen. Deze “demonen” in onszelf onder ogen zien, is daarom niet makkelijk, maar als het “in het licht wordt gebracht”, kan het transformeren. Want in de kern van onze kindziel vinden we de essentiële staat die hoort bij het hartpunt van ons type.

Bronnen: S. Maitri, De spirituele dimensie van het Enneagram, Negen gezichten van de Ziel; B. Chestnut, The Enneagram System’s 27 personality subtypes.

Ontketen talent in jou en je organisatie